Exit
Het waren roerige maanden; de achttien maanden dat ik leiding mocht geven aan het afdelingsbestuur van de Partij van de Arbeid in Capelle. Het begon met het plotselinge en door niemand echt begrepen vertrek van mijn voorganger. En het eindigde, op 25 november, met het ontvangen van de zilveren speld van de Partij van de Arbeid. Maar dat landelijke eerbewijs had betrekking op aanzienlijk meer dan de afgelopen achttien maanden. Bovendien was ik gelukkig niet de enige. Wim de Bruin kreeg er ook één.
Ik vertrek met gemengde gevoelens. Niet omdat ik nu voorzitter af ben. Ik heb van meet af aan gezegd dat ik het voorzitterschap tijdelijk op me zou nemen en soms ben ik consequenter dan sommigen denken. Al met al heeft het toch nog aanzienlijk langer geduurd dan mijn bedoeling was. Maar dat had alles te maken met de noodzaak om – na campagne, verkiezingen en het aantreden van een nieuw college zonder de PvdA – een nieuwe start te maken met de plaatselijke afdeling.
Dat ik met gemengde gevoelens vertrek, heeft in de allereerste plaats te maken met het feit dat het landelijk, als je de peilingen mag geloven, momenteel zo slecht gaat met de PvdA. Wonderlijk eigenlijk. Na 10 jaar stilstand en alleen onderlinge twisten onder Jan Peter Balkenende was het de hoogste tijd voor verandering en hervorming op velerlei terrein. Onze partij heeft de moed daar verantwoordelijkheid voor te nemen, onder leiding van bekwame bestuurders als, onder meer, Dijsselbloem, Asscher, Klijnsma en Van Rijn. Maar, kennelijk niet tot genoegen van de kiezers. Die lopen volgens de peilingen massaal weg. Een zorgelijke ontwikkeling, waarvan allerminst zeker is dat we die (tijdig) zullen kunnen keren.
Gemengde gevoelens ook als ik naar de lokale ontwikkelingen kijk. Voor de tweede achtereenvolgende collegeperiode is de PvdA tot de oppositie veroordeeld. Een rol die lokaal weinig aantrekkelijk is, zo leert de ervaring. De aanloop naar verkiezingen en collegevorming kende zowel toppen als dalen. Een goed verkiezingsprogramma en een goede zorgvuldige voorbereiding van de kandidatenlijst. Maar ook groot rumoer bij de uiteindelijke vaststelling van de kandidatenlijst. Een verkiezingsuitslag die verhoudingsgewijs niet tegen viel. Vervolgens geen schijn van kans bij de collegevorming en daarna een fractielid dat zich schuldig maakte aan zeteldiefstal. Misschien kan minister Plasterk daar ook op lokaal niveau eindelijk iets tegen doen.
Mooi is dat er nu een fractie is aangetreden die naast ervaren raadsleden ook enthousiaste en kundige nieuwkomers kent, als fractielid, burgerlid of fractievolger. Een club die inmiddels al met veel succes begonnen is het PvdA geluid uit te dragen tegenover een steeds rechtser wordende coalitie. Ook D66 heeft zich inmiddels bekeerd tot een onversneden behoudend beleid. Het debat over woningtoewijzing op basis van volkstribunalen heeft daarover voor eens en altijd duidelijkheid geschapen.
Gelukkig heeft ons kabinet, bij monde van minister Blok, razendsnel een eind gemaakt aan deze vorm van ‘eigen volk eerst’ denken.
Positief is dat de afdeling de afgelopen maanden een doorstart heeft gemaakt. Er is in een goede en constructieve sfeer gesproken over de koers voor de komende jaren. Daarnaast is een vernieuwd en verbreed Ombudsteam van start gegaan, onder regie van Anneke Boerkamp. We zullen het team de komende tijd hard nodig hebben, nu de grote decentralisaties per 1 januari 2015 van start gaan. Hoe zinvol die 3D operatie ook is, er zullen ongetwijfeld aanloopproblemen zijn en onvoorziene knelpunten. Het Ombudsteam kan er aan bijdragen daar iets aan te doen en er voor zorgen dat kwetsbare burgers daar niet het slachtoffer van worden.
Last but not least is er ook een nieuw afdelingsbestuur. Een mooie mix van blijvers en nieuwkomers, breed samengesteld en maar liefst zeven man en vrouw sterk. Ik heb er alle vertrouwen in dat dit nieuwe bestuur de afdeling inhoudelijk en sociaal een goede nieuwe impuls zal weten te geven. Ik wens ze daarbij, ook vanaf deze plaats, heel erg veel succes.
En ik? Ga ik nu de afdeling volledig de rug toekeren. Op mijn lauweren ( if any) rusten of achter de geraniums zitten, zoals dat hoort (?). Eerlijk gezegd lijkt me dat wat al te drastisch en bovendien heel saai. Ik zal me wel weer wat bescheidener langs de zijlijn opstellen en me daar vandaan soms kritisch maar ook constructief met ontwikkelingen bemoeien. Als vanouds. En af en toe ben ik nog best bereid een mooi debat met een interessante spreker te leiden. Bijvoorbeeld het openbare debat met Kim Putters, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau, over de mogelijkheden en onmogelijkheden van de participatiesamenleving (Luc Lutz zaal Isalatheater; 10 december 20.00).
En misschien, heel misschien, schrijf ik ook nog wel af en toe wat voor deze site.
Ik wens u allen al vast plezierige feestdagen en een heel voorspoedig 2015. Ook in politiek opzicht.
Lex Cachet
vm. afdelingsvoorzitter